donderdag 17 september 2009

De Bathse Visioenen

Dit verhaaltje is geschreven als een historische jeugdroman. De moeilijkste keuze was het tijdperk. Enerzijds zijn er in Bath de oude Romeinse baden waar een heel mysterieuze sfeer hangt. Langs de andere kant moet het ook in de middelleeuwen een boeiende stad geweest zijn. Ook uit latere tijdperken zijn er leuke plekjes zoals de 'assembly rooms' maar de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat we die die dag nog niet bezocht hadden.

Uiteindelijk heb ik mij laten inspireren door de kathedraal om een stukje uit de middeleeuwen te maken.

Richard stormde het bisschoppelijk paleis uit en liep de hoek om langs de ingang van de Romeinse baden. Voor hem doemde de gigantische stelling op met daarachter de in aanbouw zijnde kathedraal. Door de houten constructie ontwaarde hij de ladders die de beeldhouwers uitkapten langs beide zijden van het portaal. Hier en daar waren ronde bulten zichtbaar die later figuren zouden worden die de ladders beklommen. Richards hart sloeg over terwijl hij het beeld uit zijn droom vorm zag krijgen op wat later het belangrijkste gebouw van de stad zou worden.

Het was nu vijf maanden geleden sinds hij de eerste droom had gehad. Hij beklom een ladder die eindeloos hoog de lucht in leek te gaan. Als hij naar beneden keek kon hij nog vaag de contouren van een bos, een stad of een vlakte ontwaren, maar meer detail was van op deze hoogte niet te onderscheiden.
Rondom hem, zo ver hij kon kijken, liepen nog eindeloze ladders. En op alle ladders kropen mensen langzaam naar boven. Richard keek rond naar de andere mensen, dan naar boven, dan naar beneden.
En dan liet hij plots los. Hij werd niet van de ladder gegooid. Er was geen vreemde kracht die hem er van trok. Hij liet gewoon los. En viel met een rotvaart naar beneden tot hij te pletter sloeg en wakker schrok.

Van de eerste keer dat Richard de droom had gehad wist hij dat deze anders was dan zijn andere dromen. Hij voelde veel echter aan. De details waren scherper, de kleuren helderder. Hij wist dat de droom een boodschap bevatte.
Die morgen vertelde hij meteen de hele droom bij het ontbijt. Zijn vader deed het af als ‘gewoon een stomme droom.’ Maar zijn moeder reageerde in de volledig tegengestelde zin. Zij was er meteen van overtuigd dat hij een visioen had gekregen.
Toen hij enkele dagen nadien een kneuzing op de rug bleek te hebben – die hij in een stom gevecht met enkele jongens uit de buurt had opgelopen maar niet had durven opbiechten – stuuurde ze hem meteen naar zijn oom, de bisschop van Bath.

Nadat hij daar was aangekomen had hij de droom nog een paar keer gekregen. Soms met een paar andere details, maar onmiskenbaar nog steeds dezelfde droom. De bisschop pleegde overleg met zijn raadgevers en kwam samen met hen tot de conclusie dat het wel degelijk om een visioen ging.
Hij verklaarde aan de bevolking dat een visioen hem had bereikt – een bewoording die niet liet vermoeden dat zijn neefje het visioen had gekregen en tegelijkertijd geen leugen bevatte – en gaf de architecten opdracht het beeld te verwerken in het portaal van de in opbouw zijnde kathedraal.
En nu stond Richard toe te kijken.

‘Stoer he!’ Mary, de dochter van de bisschops meid was naast hem geslopen. Richard draaide zich om en keek in haar helblauwe ogen. Telkens als Richard in die ogen keek voelde het alsof de wereld heel even stil stond en kon hij geen zinnig woord meer uitbrengen. Hij knikte dan maar een beetje schaapachtig met zijn hoofd.
‘Ik zou het ook wel leuk vinden als mijn dromen op de kathedraal worden gezet,’ voegde ze er met een gemaakt boze blik aan toe. Richard voelde zichzelf rood worden en glimlachte terug. Mary’s ogen brandden terwijl ze hem grijnzend aanstaarde.
‘Ik ben je gewoon aan het plagen!’ Ze gaf hem een stootje tegen de ribben. Het deed een klein beetje pijn maar Richard liet niets merken.

Een luide metaalachtige plof haalde Richard uit zijn trance. Op de stelling vloekte één van de beeldhouwers als een ketter. Richard keek omhoog en zag een schim gehuld in kapmantel de stelling afstormen. De beeldhouwer achtervolgde hem. Met een zwierige draai sprong de schim op het markplein, baande zich een weg tussen enkele verbouwereerde voorbijgangers en dook het badhuis in.
‘Kom!’ Mary greep Richards hand vast en sleurde hem mee het badhuis in.

1 opmerking:

Hans Hoorn zei

Je moet echt het boek "De Kathedraal" (in het Engels: "Pillars of the earth" van Ken Follett eens lezen. Dit fragment zou er zo uit kunnen komen. Alleen is de bisschop daar iets gemener.